Bekijk hieronder de veelgestelde vragen. Waarschijnlijk kunnen de antwoorden je snel verder helpen.
Ja. De EPA- opleidingen zijn opgesplitst in EPA-W en EPA-U en beide zijn verdeeld over basisopname en detailopname volgens de NTA 8800. Hier vind je alle informatie over opleidingen.
Ook voor Maatwerkadvies (mwa) is het zeker aan te raden een opleiding te volgen. Hier vind je alle informatie over de mwa opleidingen.
Je kunt zonder certificering berekeningen maken in onze software. Echter, om een omgevingsvergunning aan te vragen of om een energielabel van een gebouw te registreren, zijn vakbekwaamheidseisen van kracht. Meer lees je in dit artikel.
Je kunt vanaf 1 juli 2023 examen doen en je laten certificeren voor maatwerkadvies (mwa). Mogelijk worden er op termijn subsidieregelingen aangepast waarin dan om een gecertificeerd mwa gevraagd wordt.
Sinds de komst van de NTA 8800 is er nog maar één rekenmethodiek voor nieuwbouw, bestaande bouw, utiliteitsbouw en woningbouw. De software heeft, naast de nieuwe rekenmethodiek, een nieuwe look- en feel. De versies EPA-U en EPA-W zijn hiermee op elkaar afgestemd. De scheiding tussen een EPA-U en EPA-W licentie blijft. Heb je een licentie voor zowel EPA-U als EPA-W, dan hoef je nog maar 1 softwarepakket te installeren. Aan de hand van jouw licentie kun je dan een utiliteits- of een woongebouw invoeren.
Sinds de invoering van de nieuwe methodiek hebben we de prijzen voor de licentie verhoogd. Daarnaast worden de prijzen jaarlijks geïndexeerd. De actuele prijzen zijn altijd te vinden in onze webshop:
Vabi EPA NTA 8800 producten bestellen | Vabi Webshop
Met de licentie kun je altijd onbeperkt opnemen, registeren en adviesrapporten genereren. Je betaalt dus niets extra’s per registratie! Er is in de prijs geen onderscheid gemaakt in een basis- en detailopname, met een licentie kun je beide invoeren. Uiteraard blijft onze gewaardeerde service & support inclusief in de licentie.
Ja, je kan een gratis demoversie aanvragen van Vabi EPA. In de demoversie kun je zien hoe de invoervelden met elkaar samenwerken en voorbeeldbestanden bekijken. Maar je kunt geen energieprestatieberekening uitvoeren, bestanden niet opslaan, niet registreren en geen rapportages maken.
Het klantennummer is nodig om in te loggen op je klantenportaal. Deze is terug te vinden in de mail die verstuurd is bij het aanmaken van je account, maar ook in EPA zelf. Deze kan je als volgt terugvinden:
Zie de volgende figuur als voorbeeld:
Om een object echt te fitten zijn maandgegevens nodig. Dit is nodig omdat bij het fitten gekeken wordt naar trendlijnen in relatie tot de buitentemperatuur. Onder het scherm maatwerk maak je dan gebruik van de detailfit.
Alternatief is niet fitten op de trendlijn maar alleen op het jaarverbruik (minder nauwkeurig, want je kijkt niet naar de losse fitstappen alleen het totaal. Twee keer fout kan ook goed zijn). Je kan dan gebruik maken van de basis fit.
Die zal inderdaad van de klant moeten komen, met een slimme meter zijn die vaak wel beschikbaar of op te vragen.
Er worden altijd twee berekeningen gemaakt, één voor energielabel & energieprestatie en één aparte voor besparingsmaatregelen. Samen met de maatwerkadvies berekening wordt natuurlijk ook het nieuwe (pre)label berekend en deze wordt uiteraard wel berekend met klimaatfile van de NTA 8800. Als je geen gebruik maakt van de standaardprofielen en je gaat het gemeten verbruik afstemmen/toetsen aan de berekende verbruiken, dan is het noodzakelijk om de weersomstandigheden te gebruiken die passen bij de meetperiode. De parameters die daaruit voortkomen, die worden overgenomen naar de berekening van de maatregelen. Er wordt dan wel een standaard klimaatjaar gebruikt, maar van een weerstation in de buurt, dus niet het landelijk standaardklimaat welke voor NTA 8800 energieprestatie gebruikt wordt.
Hier lees je meer over de verschillende berekeningen met verschillende klimaatfiles.
Dat komt door het klimaatjaar waarmee gerekend wordt. Tijdens het fitten wordt er gerekend met het klimaatjaar dat overeenkomt met de ingevoerde meterstanden. Bij de variantenberekening wordt er niet meer uitgegaan van dat specifieke jaar, maar met een ‘gemiddeld’ klimaatjaar. Het invullen van gas en elektra verbruik per maand op tab ‘meterstanden’ geeft een totaalverbruik, dat ook zichtbaar is op tab ‘maatwerk 1’.
Dit is elektraverbruik dat, als die op de meterstanden zit, het fitten lastiger maakt. Om goed te kunnen fitten is nodig om te weten hoeveel kWh uur er (per maand) naar de auto is gegaan. Deze dient van de elektra (netto) per maand afgetrokken te worden. Als dat niet bekend is, is het praktisch onmogelijk om op het elektraverbruik te fitten. Er kan gekozen worden om niet te fitten, of om alleen op de andere fitstappen zo goed mogelijk te fitten.
Dat kan zeker, mits de energieverbruiken op dit niveau bekend zijn.
Bij een woongebouw is er wel de complexiteit dat de meetgegevens vaak per appartement zijn, terwijl de fitberekening per woongebouw is.
Moet je bij het fitten een jaarverbruik weten en invullen of moet je het per maand weten?
Om te kunnen fitten heb je maandgegevens nodig. Alleen zo kan je zien hoe de verbruiken zich relativeren naar de wisselingen van de seizoenen.
Klopt, voor utiliteit zijn de fitvariabelen net anders dan voor woningen.
Bij de import wordt een validatie gedaan dat er voor alle benodigde maanden voldoende gegevens zijn. Mocht een specifiek klimaatstation data missen die nodig is, is het helaas niet mogelijk om voor dit station en de periode de fitberekening te doen.
Neem even contact op met collega’s van Service & Support. Zij kunnen je hier verder mee helpen.
Dit is inclusief gebruikersgebonden verbruik om te kunnen vergelijken met de meterstanden. Het gasverbruik dat gebruik gebonden is zal vaak alleen koken zijn.
Het fitten staat los van de maatregelen, maar gaat erom dat de berekening en de invoer overeenkomt met de meting. Vervolgens reken je variantpakketten door. Als er gefit is, geven de besparingen van de variantpakketten een beter beeld van de werkelijkheid.
Zoals toegelicht in het begin van de webinar, is de standaard NTA-berekening niet geschikt. De maatwerkadvies berekening die gebruikt wordt voor het fitten is gebaseerd op de NTA 8800, maar met aanpassingen zodat de resultaten wel goed aansluiten op de werkelijkheid. Deze moet je dan ook gebruiken om besparingen te berekenen.
Nee, de methodiek is op dit vlak niet anders dan de huidige NTA 8800 berekening.
De filosofie van het fitten is: stap voor stap de uitgangspunten van de berekening aanpassen zodat de trendlijnen van de meting en berekening met elkaar overeenkomen. Dit kan inderdaad zijn correctiewaarden aanpassen, maar ook van andere gebruiksfactoren uitgaan.
Het is mij niet duidelijk wat de correctiefactor ventilatiehoeveelheid doet. Moet je een afwijking van 1.0 invullen?
Het is een percentage: 1.0 is 100% van de forfaitaire waarde (gebaseerd op het Bouwbesluit), bepaald volgens Hoofdstuk 11 van de NTA 8800. De correctiefactor is dus de afwijking ten opzichte van de forfaitaire waarde. Hoe lager de factor die je invult, hoe minder er geventileerd wordt.
Standaard gaat het maatwerkadvies uit van de correctiefactor 0,30, je kan deze zelf wijzigen.
Je kan de invloed zien doordat je live de jaartotalen kan zien. Nog mooier als je direct alle grafieken in Excel kan zien. Hier zijn helaas de meeste schermen te klein voor, vandaar dat hiervoor een Excel export nodig is.
Zeker: deze tonen we al in sommige gevallen. We zullen dit uitbreiden voor andere relevante datavelden.
Bijvoorbeeld; we tonen al de branduren die de NTA 8800 aanhoudt, zodat je weet hoeveel hoger of lager je wilt aanhouden.
Het gaat over een jaargemiddelde bezettingstijd (dag en nacht).
In de maatwerkmethodiek is geen andere methode omschreven ten opzichte van de NTA 8800 (zoals de oude methodiek, per laag). Wat wel kan is de isolatiewaarden aanpassen met een extra correctiefactor in het maatwerkscherm. Hierdoor kan je efficiënt aanpassingen doen, zonder dat de energielabel berekening aangepast wordt
Qv10 kan je (laten) meten met een blowerdoorproof. Dit vergt wel enige kennis van zaken.
Die zijn inderdaad ook belangrijk, maar die zijn nog erg onzeker. Daarom dat er wordt gewerkt met wat wel al bekend is.
Ja, dat kan, je kunt per variant afwijkende uitgangspunten opgeven.
We nemen dit mee als wens bij de financiële berekening om zo goed als mogelijk bij aan te sluiten. Je kan de financiële parameters per variant aanpassen. Daarmee is het ook mogelijk om dezelfde variant te vergelijken voor bijvoorbeeld met en zonder saldering om een eerste inzicht te krijgen in de eventuele gevolgen.
Die zijn voor iedereen beschikbaar, opgesteld in opdracht van RvO.
De kosten in onze voorbeeldprojecten komen van RvO, deze zijn exclusief btw. Je kunt ervoor kiezen om zelf incl. btw in te vullen. De software rekent btw niet uit, dus je moet zelf de goede investering invullen, de checkbox voor btw is informatief en voor je eigen overzicht.
Ja, dit kan je zien in het varianten scherm en in de exports.
Je kan in de maatregel kiezen om de beslisdiagrammen te gebruiken zoals in de norm, maar je kan ook direct de Rc-waarde invullen. Zo kan je inderdaad ook rekening houden met het gebruikte isolatiemateriaal.
Je kunt bij maatregelen kiezen of je alles wilt isoleren (dus ook de nieuwere uitbouw), of dat je
specificaties opgeeft. Dan kun je een grenswaarde voor de Rc opgeven, waardoor de uitbouw niet meegenomen wordt. Eventueel kan je ook de specifieke constructie of een geometriedeel selecteren. Een uitgebreide uitleg is te vinden op onze academy pagina Maatregelen – Vabi Support
Nee, dit wordt niet automatisch gecorrigeerd. Als het een significante afwijking geeft, dan zou je een kopie van de woning kunnen maken met een kleiner gebruiksoppervlak en eventueel aangepaste geometrie (indien van toepassing) en daar de maatregelen op toepassen.
Dit is inderdaad een aandachtspunt, maar de berekening van het maatwerkadvies en de NTA 8800 is hier niet voor gemaakt. Hier moet je als adviseur zelf goed aandacht voor hebben bij het geven van advies.
Je kunt zelf kiezen of je met het renovatiejaar met een forfaitaire waarde voor infiltratie rekent, of dat je de Qv10 opgeeft. Je legt dan als het ware een eis neer waar de Qv10 aan moet voldoen bij
renovatiewerkzaamheden. Wil je die Qv10 daadwerkelijk meenemen in het nieuwe energielabel, dan moet deze aangetoond worden met een meting, conform het opnameprotocol ISSO 82.1.
Dit is in eerste instantie misschien een onverwacht resultaat. Dit komt omdat er in de maatwerkadviesberekening een hoger ventilatieverlies in rekening wordt gebracht voor systeem D dan systeem A (fprac = 0,75 ipv 0,25). De teruggewonnen warmte uit de WTW kan dit extra verlies niet helemaal compenseren, waardoor het energieverbruik voor verwarming toch hoger wordt.
De NTA 8800 rekenkern wordt ook voor maatwerkadvies gebruikt, je kan dus alleen maatregelen invullen in Vabi EPA die hier gewaardeerd worden. Hier zijn alleen onderdelen opgenomen die significant zijn (2% invloed). Waterzijdig inregelen is hier een onderdeel van, die kan je doorrekenen.
Voor onderdelen die je wel als maatregel terug wilt laten komen zou je apart met een geschat effect in de rapportage deze handmatig kunnen toevoegen.
Dit is inderdaad een mogelijke oorzaak van een afwijking tussen berekening en meting.
Je kan dit corrigeren door te kiezen voor een kwaliteitsverklaring en het rendement aan te passen. Let er dan wel op dat op deze manier het object niet geregistreerd mag worden. Om overzicht te houden kan je dan het object kopiëren met maatwerkadvies in de naam.
Dit kan ook van invloed zijn als een maatregel een minder rendement heeft dan verwacht. Als het echte rendement beter is dan het forfaitaire rendement van de NTA 8800. Let er wel op dat je het andere rendement goed onderbouwd.
Dat is een goede vraag! Daar hebben we helaas geen inzicht in, maar zal tijdens de opleidingen voor het maatwerkadvies vast naar boven komen.
De kosten worden in de software niet automatisch aangepast. Voor de standaard maatregelen die je bij elk project kan gebruiken is gebruik gemaakt van de kostenkentallen van RvO. Op dit platform worden de prijzen wel elke maand geüpdate.
Als je een fitrapportage maakt, dan krijg je een Windowsscherm om naar de gewenste locatie te
bladeren. Dus niet automatisch op een door Vabi vastgestelde locatie.
In de map met alle templates is een handleiding te vinden voor het aanpassen van de word rapportage. Hierin staan alle beschikbare codes waarmee informatie uit het EPA bestand kunnen worden ingevuld. Mocht je informatie missen, neem dan gerust contact op met onze support. Waarschijnlijk kunnen we het in een latere versie dan beschikbaar maken.
Dit staat buiten het kader van het maatwerkadvies. We onderzoeken wel of we hier een oplossing voor kunnen bieden. Vooralsnog kan het benodigde vermogen worden bepaald met Vabi Elements.
Kort samengevat is inderdaad de planning dat vanaf juli het een gecertificeerd proces wordt gekoppeld aan subsidies. Enerzijds kost dit meer inspanning. Anderzijds geeft een beschermde status en meer uitvraag aan het maatwerkadvies.
Lees hier het stappenplan om tot certificering van maatwerkadvies te komen.
Op dit moment is vanuit de methodiek/het proces het de bedoeling dat een VvE complex alleen als woongebouw ingevuld wordt. Dit scheelt invoerwerk, maar heeft als nadeel dat je per bewoner geen energielabel/energieverbruik kan voorspellen.
Voor maatwerkadvies is een aparte licentie nodig, en voor Utiliteit en Woningbouw zijn twee aparte licenties nodig. De volgende prijzen (2024) komen bovenop de prijs voor je Vabi EPA licentie:
EPA-W: €275,- per werkplek, per kalenderjaar
EPA-U: €325,- per werkplek, per kalenderjaar
De regels hiervoor zijn niet anders dan in het opnameprotocol.
Wel mag je de warmteopwekker voor de maatwerkadvies mits onderbouwd anders invullen om dichter bij de werkelijkheid te komen. Er zijn hier minder harde spelregels voor dan voor het energielabel.
Voorheen waren er verschillende methodes voor het bepalen van de energieprestatie van woningen, utiliteitsbouw, bestaande- en nieuwbouw. De overheid wilde één bepalingsmethode, om de energieprestatie van alle gebouwen vast te stellen. Alle (nieuwe) energielabels worden sinds 1 januari 2021 bepaald aan de hand van één energieprestatie indicator ‘primair fossiel energiegebruik’ uitgedrukt in kilowattuur per vierkante meter per jaar (kWh/m².jr).
De NTA 8800 is de vervanger van de vorige methodiek voor nieuwbouwwoningen en gebouwen (de EPC), en voor de bestaande woningen en gebouwen (de Energie-index). Op 1 januari 2021 is deze ingevoerd. De Europese richtlijn Energieprestatie gebouwen bepaalt dat in 2021 alle nieuwe gebouwen bijna-energieneutraal moeten zijn. De Nederlandse overheid heeft deze eis overgenomen. De NTA zorgt ervoor dat berekend kan worden of aan de eisen wordt voldaan. Daarnaast zorgen ze dat er één methodiek is voor zowel nieuwbouw, bestaande bouw, woningen en utiliteitsgebouwen. De methodiek zal beter aansluiten bij de werkelijkheid dan de vorige methodieken.
Benieuwd naar het hele verhaal achter de NTA 8800? Lees dan het artikel ‘Van norm naar software: het verhaal achter de NTA 8800’.
Alle nieuwbouw en bestaande bouw (zowel woningbouw als utiliteitsbouw) maken gebruik van deze methodiek.
De NTA 8800 kan gratis gedownload worden op de site van NEN.
De methodiek maakt het mogelijk om de BENG (Bijna Energie Neutrale Gebouwen) indicatoren, waar nieuwe gebouwen sinds 2021 aan moeten voldoen, goed te berekenen. De Energie-Index is vervallen en is vervangen door vier indicatoren:
Een geregistreerd energielabel blijft 10 jaar geldig na de opnamedatum.
De vorige methodiek is aangepast naar de NTA 8800. Dat betekent dat er een gelijke rekenmethodiek is voor bestaande, nieuwbouw, woningen en utiliteitsbouw. Nieuwbouw kan dus ook in Vabi Assets Energie en Vabi EPA worden opgenomen.
Sinds 1 januari 2021 moet ook voor de aanvraag van een omgevingsvergunning voor nieuwbouw of te renoveren gebouwen een energieprestatierapport worden opgesteld. Dit rapport mag alleen worden opgesteld door een bedrijf dat beschikt over een NL-EPBD-procescertificaat, afgegeven op basis van de BRL 9500. Dit kan alleen worden gedaan door een gediplomeerde opnemer (Detailopname W of U.)
Er is een nieuwe eis in de bouwregelgeving, de TOjuli. Hierdoor moet de temperatuur in de woning ook bij warme buitentemperaturen in de zomer op een acceptabel niveau blijven. Bovendien wordt er geen onnodige energie gebruikt.
Een voorbeeld: bij de oplevering van een nieuwe woning waar zonwering aanwezig is, dat er goed is nagedacht over de ventilatie binnen woningen en/of dat er rekening gehouden is met de ligging van de woning ten opzichte van de zon.
De grenswaarde is gesteld op een maximale waarde van 1,2.
Voorlopig blijft EPG volgens de NEN7120 beschikbaar in Elements om oude projecten te kunnen openen, maar kan sinds 1 januari 2021 dus niet meer gebruikt worden voor het aanvragen van een omgevingsvergunning. Wil je een omgevingsvergunning aanvragen? Maak dan gebruik van Vabi EPA. Je kunt Vabi EPA heel eenvoudig in onze webshop bestellen.
Ja, er is een koppeling om de oppervlakken van de geometrie van Elements naar EPA te exporteren. Hier lees je alles over de koppeling.
BENG-2 is het primaire fossiele energiegebruik en BENG-1 de energiebehoefte van het gebouw. Voor BENG-2 worden systeemverliezen (zoals leidingverliezen), hulpenergie (bijvoorbeeld pompen) en rendement van opwekkers (zoals een warmtepomp of cv-kete) meegenomen. De gekozen installaties zijn dus van invloed op BENG-2 en bij de energiebehoefte (BENG-1) is dat niet het geval.
Bij het maken van BENG-berekeningen voor de aanvraag Omgevingsvergunning is de aannemer/installateur vaak nog niet betrokken. De toe te passen technieken worden vaak na de bouwaanvraag uitgewerkt. Het is dan moeilijk om dan al de toe te passen merken/types te noemen, bijvoorbeeld voor gebruik van BCRG verklaringen. Hoe ga ik hiermee om?
Antwoord van KEGO
Toetsende instanties (gemeenten) kijken in hoeverre het plan voldoet aan de eisen vanuit bouwregelgeving. Het is mogelijk om dan bij de bouwvergunningsaanvraag zelf een waarde aan te houden en aannemelijk te maken, te onderbouwen en vast te leggen in het dossier. De eisen vanuit bouwregelgeving blijven echter gelden en het is de verantwoordelijkheid van de uitvoerende partijen om bij oplevering nog steeds aan die eisen te voldoen. Dit geldt voor zowel technische installaties als voor isolatiematerialen.
Ja, dat is vanaf versie 9.3 mogelijk, je kunt bestanden met extensie *.epau_project openen in Vabi EPA NTA 8800. De uitgangspunten van de conversie zijn hier terug te vinden. Vaak moeten nog enkele invoervelden aangevuld worden om te kunnen rekenen.
Vastgelegde registratiegegevens
De registratiegegevens van EP-online staan niet in Vabi EPA NTA 8800. Buiten het registratienummer is er verder niks vastgelegd in het oude EPA-U bestand en kunnen we dus ook niet overnemen.[/toggle]
De nieuwe labelklassen zijn op 05-11-2020 gepubliceerd in de staatscourant (tabel 2a en 2b). De labelklassen voor utiliteit zijn afhankelijk van de gebruiksfunctie, omdat het energieverbruik per functie in grote mate verschillend is.
De inijkingsstudie laat zien dat 55% van de gebouwen hetzelfde label houdt. Van de labels die wel verschuiven, verschuift 79% maximaal één label (één labelverslechtering of één labelverbetering). De overige 21% verschuift twee labels of meer (twee labelverslechteringen of twee labelverbeteringen).
De nieuwe labelklassen zijn 05-11-2020 gepubliceerd in de staatscourant:
Door middel van een inijkingsstudie is gekeken wat de effecten van verschillende varianten zijn. Met behulp van deze studie is het advies gekomen om te kiezen voor een indeling waarbij zoveel mogelijk gebouwen dezelfde labelletter behouden. In de tabel is duidelijk te zien dat de oude en nieuw energielabelklasse zoveel mogelijk hetzelfde gehouden is. Het aantal punten bij het Energielabel volgens het Nader Voorschrift (NV) en volgens de NTA 8800 is gelijk. Wel zijn er vier nieuwe labelklassen bijgekomen, A+ tot en met A++++. Dit is gedaan om zeer energiezuinige gebouwen te waarderen in de energielabelletter. Toch ontstaan er labelverschuivingen. Dit komt in grote maten door de gewijzigde indicator (EP-2 i.p.v. Energie-Index) en in minder grote mate door de gewijzigde methodiek (NTA 8800 i.p.v. Nader Voorschrift). Gemiddeld zal 53% van de woningen dezelfde labelletter houden, 38% van de woningen verschuift 1 labelklasse (beter of slechter) en 9% van de woningen verschuift 2 labelklassen of meer. Lees hier meer.
Ja, dat klopt. In tegenstelling tot U-bouw wordt voor woningen gekeken naar de EP-2 EMG forfaitair. Dat betekent dat warmte- en koudelevering derden forfaitair wordt doorgerekend en een (EMG) kwaliteitsverklaring niet mee telt voor het energielabel.
Voor woningbouwcorporaties waren we het Nader Voorschrift al gewend. Daar werd voor de WWS punten al gekeken naar de Energie-Index (EI), waarbij warmtelevering derden forfaitair mee genomen werd. Nu is dat niet alleen voor huurwoningen, maar voor alle woningen wordt voor het energielabel gekeken naar de forfaitaire berekening van warmtelevering derden (en koudelevering derden). De zogenoemde gebiedsmaatregelen (EMG) worden niet meegenomen voor het energielabel, maar wel in de BENG-eisen voor het aanvragen van een omgevingsvergunning.
Dit is een beleidsmatige keuze vanuit de overheid, gepubliceerd in de staatscourant in november 2020.
Het Vereenvoudigd Energielabel (VEL) zoals we dat nu kennen, kwam met de nieuwe methodiek te vervallen. Er is onderzoek gedaan naar geschikte alternatieven voor het VEL zonder een opname door een expert, maar deze blijken er vooralsnog niet te zijn. Vandaar dat Minister Ollongren heeft aangegeven het VEL uit te willen faseren en alle nieuwe energielabels vanaf 1 januari 2021 via de uitgebreide systematiek te bepalen. Huidige labels blijven 10 jaar geldig, waardoor de aanpassing alleen van toepassing is voor huizen die verkocht worden zonder dat er een geldig label is.
Je kunt kiezen of je gebruikt wilt maken van de koppeling met de database van BCRG, of dat je de gegevens handmatig invult. De opgehaalde gegevens worden in het project vastgelegd en je kunt de PDF downloaden om op te slaan in het projectdossier.
Het registreren (afmelden) van gebouwen maakt gebruik van eHerkenning niveau 3. Meer informatie over het aanvragen en gebruik van eHerkenning kun je lezen op deze website.
Er is toegang nodig van Windows om te mogen activeren. Deze toegang verleen je door EPA op te starten als administrator en vervolgens bij Update – Licentie het licentiebestand te activeren. Voor meer informatie, lees hier de stap-voor-stap uitleg over licentie activeren.
Voor nieuwbouw moet altijd de gedetailleerde methode worden gebruikt. Voor bestaande gebouwen kan, als de informatie niet voorhanden is, gebruik gemaakt worden van de basismethode. Dan mogen forfaitaire waarden opgenomen worden.
Is een woning of gebouw eerder met de detailmethode opgenomen, dan moet je voortaan altijd de detailmethode gebruiken. Lees meer hierover in dit artikel.
A++++ wordt sinds 1 januari 2021 gebruikt voor woningen met Primair fossiel energiegebruik (in kWh/m2. jr) kleiner of gelijk aan 0,00. Dit zijn dus gebouwen die energie terug leveren.
Borgen voor subsidie mag met de oude methodiek. Als het met de nieuwe methodiek is, kan dat met de NTA 8800 software. Zie meer hierover in dit artikel.
In het algemeen is daar weinig over te zeggen. Wat we wel gezien hebben, is dat collectieve installaties zonder isolatie van de circulatieleiding er enorm op achteruitgaan. Reden om deze snel te isoleren als dat nog niet het geval is.
Dat klopt, maar leidt nog steeds wel tot een flinke verbetering.
Er zijn kwaliteitsverklaringen voor warmtepomp op ventilatieretourlucht voor Tapwater en voor Verwarming. Hoe je deze invult, lees je in dit document.
Voor trainingen verwijzen we je graag door naar een van onze opleidingspartners die de software training combineren met het verplichte examen voor energie adviseurs en inspecteurs. Voor meer informatie, zie webpagina over Vabi EPA NTA8800 trainingen en maatwerkadvies trainingen.