Hulpmiddelen en Sjablonen

Elk gebouw en elke ruimte in het gebouw hebben invoergegevens nodig voor de verschillende rekenmodules. Er wordt in Vabi Elements onderscheid gemaakt tussen Hulpmiddelen en Sjablonen. Je maakt eerst een Hulpmiddel aan, waarna wordt gekoppeld aan het bijbehorende Sjabloon. Later koppel je de Sjablonen aan de Geometrie. Je kunt meerdere Sjablonen maken om elke ruimte een eigen Sjabloon te geven, maar je kunt ook één sjabloon op meerdere ruimtes toepassen. Er zijn ook sjablonen op gebouwniveau. Deze wijs je niet toe aan ruimtes, maar aan een geheel gebouw.

Andere hulpmiddelen zijn bijvoorbeeld de tijdschema’s, Interne Warmte Producties (IWP), opwekking, luchtbehandeling en distributie. De onderstaande afbeelding illustreert, welke hulpmiddelen aan welke sjablonen moeten worden gekoppeld.

 

Voorbeeld

Onder hulpmiddelen vind je bijvoorbeeld materialen en constructies. De constructies die zijn aangemaakt koppel je aan een bouwkundig sjabloon, waarbij je voor elk type constructie een eigen constructie toewijst. Het is een pakket van verschillende hulpmiddelen in één, die daarna aan een ruimte kunnen worden toegewezen.

Heb je een woning met uitbouw? Dan kun je twee verschillende bouwkundige sjablonen maken, met ieder zijn eigen bouwkundige eigenschappen voor wanden, daken, vloeren, enz. Voor alle ruimten in de woning gebruik je het ene bouwkundige sjabloon en voor alle ruimte in de de aanbouw de ander.

Bekijk de video om een beeld te krijgen van het invoeren in Vabi Elements.

Hulpmiddelen

Materialen en Constructies

Bij Materialen kun je verschillende materialen met de bijbehorende materiaal eigenschappen aanmaken. Bij Constructies kun je verschillende materialen samenvoegen tot één constructie. Hier kies je de volgorde en kun je de dikte van de materiaallagen opgeven.

IWP Personen, Apparaten en Verlichting

Onder de IWP’s voer je de interne warmteproductie in die wordt veroorzaakt door personen, apparaten en de verlichting. Deze IWP’s koppel je samen met de tijdsschema’s van gebruik aan het gebruikssjabloon.

Tijdschema’s Installatie, gebruik en teluren

De tijdschema’s installatie worden gekoppeld aan het afgiftesjabloon, waarbij je kunt aangeven, wanneer de installatie op uit, dag- of nachtbedrijf staat. De tijdschema’s voor gebruik zijn om aan te geven, wanneer er personen aanwezig zijn en wanneer apparaten en lampen aan staan.

Zonne-energie

Voeg een zonnecollector toe als stroom of warmte-opwekker en koppel deze aan je opwekking of plaats deze in de geometrie. Zonnepanelen kun je koppelen aan het sjabloon Gebouwregelingen voor de EPG en worden in de module Gebouwsimulatie en de GS Energie & Kosten meegenomen als elektriciteitsproductie.

Opwekking en distributie

De opwekker zorgt voor de opwarming of koeling van het distributienet die vervolgens de warmte of koude naar afgifte-apparaten of de luchtbehandelingskast zal transporteren. Je maakt eerst een opwekkingsconfiguratie aan en deze koppel je aan distributie.  Onder distributie geef je op of het warmte en/of koude distributie betreft en wat de temperaturen zijn die door het distributiesysteem heen moeten gaan. Je kunt distributienetten koppelen aan een luchtbehandeling waar een verwarming- of koelbatterij in zit en aan je afgifte-sjabloon, waar ook de afgifteapparaten worden ingevoerd.

Luchtbehandeling

Bij luchtbehandeling geef je het soort ventilatiesysteem op. Je kiest hier voor natuurlijke of mechanische ventilatie en andere gegevens die betrekking hebben op de luchtbehandeling, zoals WTW. De luchtbehandeling koppel je aan je afgifte-sjabloon.

Sjablonen

De sjablonen zijn opgebouwd uit verschillende hulpmiddelen. Globaal gezien kunnen de sjablonen in twee types worden opgesplitst; ruimtesjablonen en gebouwsjablonen. Deze sjablonen kunnen, na het tekenen van de ruimten onder geometrie, gekoppeld worden aan de verschillende ruimten.

Ruimte-eisen

Bij ruimte eisen geef je de ontwerp-temperaturen van de ruimte op en voor gebouwsimulatie de eisen, waaraan getoetst dient te worden (hier wordt niet op geregeld, de regeling voer je in bij het afgiftesjabloon).

Je kunt voor gebouwsimulatie hier ook invoeren boven welk aantal uren geteld moet worden bij de TO berekening. Je kunt ook kiezen op welke ATG-comfortklasse je wilt toetsen. In de uitvoertabellen worden dan alleen deze resultaten getoond.

Gebruik

Je geeft bij het gebruikssjabloon op wat de functie is van de ruimte en welke interne warmteproducties aanwezig zijn.

Bouwkundig

De verschillende constructies die zijn aangemaakt kun je hier samenvoegen tot één bouwkundig pakket. Wanneer dit sjabloon gekoppeld wordt aan een ruimte wordt automatisch herkend van wat voor een soort constructie er sprake is. Het is ook mogelijk om constructies op uitgebreide manier in te voeren, waarbij er gekeken wordt naar de oriëntatie van de constructies in de geometrie.

Ventilatie

Geef hier je infiltratiehoeveelheden en ventilatiehoeveelheden op die in de ruimte gewenst zijn.

Afgiftesysteem

Het afgiftesysteem bevat alle kenmerken van alle warmte- en koudeafgiftesystemen gekoppeld aan de ruimte. De luchtbehandeling en de distributienetten worden hier aan gekoppeld.

Gebouweisen

Voer hier de algemene eigenschappen in van het gebouw (Warmteverlies en EPG) en de eigenschappen in van de grond (voor Koellast en Gebouwsimulatie)

Gebouwregelingen

Kies bij gebouwregelingen het schakelniveau van de zonwering indien zonwering in je raamconstructie is opgegeven. Ook kun je te openen ramen opgeven en koppel je de zonnepanelen.